Het opvangen van water draagt bij aan een meer gezonde, groene en leefbare woonomgeving. Aan de hand van voorbeelden van de Amsterdamse corporaties laten we zien hoe woningen in een gebied met wateroverlast door extreme buien, meerwaarde krijgen door het water te benutten.
Tom Bergevoet, temp architecture presenteerde het boek ‘Het gebouw als watermachine, de BNA – Stad x Klimaat’. Het boek gaat in op oplossingen om bestaande corporatie woningen een nieuwe levenscyclus te geven, inspelend op het veranderende klimaat. Dit kan met eenvoudige ingrepen, zoals het toevoegen van regentuinen en zonwering. Een blauwgroen dak en het upgraden van de installaties dragen bij.
Marcel Grootenboer, de Alliantie en Eric Leijten, Logchies gingen in op de renovatie van 124 appartementen aan het Staalmanplein. De portiek-etage woningen uit de jaren 50 hebben een tweede leven gekregen. Het gebouw is gerenoveerd in plaats van gesloopt en nieuw gebouwd. Hierdoor is 25% CO₂ bespaard. De woningen hebben energielabel B dankzij isolatie van gevels, vloeren en daken, het installeren van zonnepanelen en het aansluiten van de verwarming op het lokale warmtenet.
De Alliantie staat met dit inspirerende project in de etalage van Platform31 voor een circulaire en klimaatbestendige renovatie.
In Uden is een heel mooi en navolgbaar initiatief van duurzame mobiliteit. De gemeente Uden, AreaWonen en IBN vormen de coöperatie ‘Uden Duurzaam op Weg’. Zij bieden tegen een zo laag mogelijk tarief elektrisch deelauto’s aan buiten werktijd. Voor de corporatie is deelname aan ‘Uden duurzaam op weg’ voordelig. De bedrijfskosten van het wagenpark voor AreaWonen daalden met 50% ten opzichte van het oude systeem met een kilometervergoeding. De declaraties voor zakelijk verkeer met een eigen auto zijn gehalveerd. Medewerkers reizen meer samen en vaker met een elektrische auto. Het aandeel fossiele brandstof van de bedrijfsauto’s is gehalveerd. Ook particulieren maken dankbaar gebruik van een elektrische deelauto buiten kantoortijden. Huurders doen er hun voordeel mee. Het resultaat stemt tot volle tevredenheid. Bedrijven sluiten zich aan als lid van de coöperatie.
Jan van Vlijmen, de gemeente Uden ging in op ‘Uden duurzaam op weg’, waarom de gemeente dit initiatief nam en hoe de organisatie is ingericht.
John Sleegers, AreaWonen deelde de ervaring van medewerkers en de bewoners van AreaWonen.
Frank Nienhaus, Goodmoovs, lichtte de techniek achter de deelauto’s toe. Deze techniek maakt dat de deelname aan ‘Uden duurzaam op weg’ simpel en aantrekkelijk is.
In het boekje Corporaties en duurzame mobiliteit wordt Uden duurzaam op weg gepresenteerd als een van de 12 mooie voorbeelden waar corporaties ervaring opdoen met duurzame mobiliteit. Uden duurzaam op weg was winnaar van de Award nationale deelauto.
Elke corporatie kan bijdragen aan een groenere leefomgeving die beter in staat is om regenwater op te vangen en hitte te temperen waardoor extremer weer minder overlast geeft. Hoe organiseer je het zo dat dit voor bewoners en corporatie een win-win situatie is? Hoe kan je als corporatie regenwater opvangen op eigen terrein en met wie kan je samenwerken?
Daniel Goedbloed, programmamanager bij Rainproof Amsterdam, vertelde over de noodzaak van klimaatadaptatie en de problematiek in urgente gebieden zoals de Rivierenbuurt in Amsterdam. Hij ging in op de rol van de gemeente, Waternet en andere partners bij het vinden van oplossingen.
Esli Endlich, gebiedscoördinator in de Rivierenbuurt, vertelde hoe de Alliantie een klimaatadaptieve binnentuin heeft gerealiseerd in een gebied in Amsterdam dat gevoelig is voor wateroverlast. De bewoners hebben hier nu een mooie groene tuin die water opvangt én een plek om elkaar te ontmoeten.
Francien van Dessel, Hoveniersbedrijf van der Tol belichtte de technische aspecten van hemelwaterberging. Zij vertelde hoe de regenwateropvang op eigen terrein in de binnentuin in de Rivierenbuurt is geregeld en wat de verschillende mogelijkheden zijn. De ECOstad van Van der Tol biedt groene oplossingen voor de klimaatbestendige stad van de toekomst.
Houtbouw is ook mogelijk voor hoogbouw. Een aantal corporaties deelt ervaring met het proces om te komen tot hoge hoogbouw van ontwerp, concept tot uitvoering. Armand Cieters, woonstichting ‘thuis en Hans van Houtum, NBArchitecten gaan in gesprek over het door ‘thuis ontwikkelde hoge houtbouwproject. Het gaat om56 circulaire sociale huurwoningen in Ambachtslaan-Sterrenlaan te Veldhoven. Robbert Groeneveld, Woonstad Rotterdam presenteert de ontwikkeling van Valckensteyn.
Er zijn steeds meer houtbouwconcepten. In het Inspiratieboek Houtbouw staan mooie houtbouw projecten die door corporaties zijn gebouwd. Maarten Georgius, Aedes gaat in op de het Lente-akkoord 2.0 Circulair Industrieel Bouwen en de ontwikkelingen rondom houtbouw. Mark Kemna en Michelle Stede, FsC, werven voor een gratis 2-daagse cursus bouwen met hout voor woningcorporaties.
Thomas Wellink en Joep van de Weijer, werkzaam bij RVO, delen vanuit de Buyer Group Circulaire nieuwbouwwoning hoe corporaties circulaire ambities kunnen realiseren in de uitvraag.
Gratis dankzij een bijdrage van Aedes, Groene Huisvesters en het Ministerie van BZK.
Tijdens de Groene Huisvesters academie van 7 oktober bespraken Rob Simons, Twan van Grinsven en Örjan Game verschillende slimme verwarmingsconcepten op weg naar lagere woonlasten én CO2 neutrale woningen. Een inspirerende online bijeenkomst voor bijna 100 deelnemers. Voor ieder die niet aanwezig kon zijn bij de sessie of een deel heeft gemist, een verslag.
Rob Simons, senior adviseur vastgoed van Woonbedrijf gaf een overzicht van de pilot met verschillende typen warmtepompen die in Eindhoven werd uitgevoerd in 44 woningen. In een aantal woningen zorgden de warmtepompen voor een besparing van meer dan 50% op het gasverbruik. In alle woningen werd de vooraf berekende besparing ruimschoots behaald. Inregeling, type woning, gezinssamenstelling en gedrag van bewoners zorgden voor variatie in de mate van besparing. In de volgende fase onderzoekt Woonbedrijf de drie best en drie slechts presterende woningen om inzicht te krijgen in de verschillen. De ervaring van de huurder en de invloed van gedrag worden gemonitord om de werkelijke besparing op CO2 én woonlasten inzichtelijk te maken.
In opdracht van woningcorporatie BrabantWonen hebben Kemkens Installatieburo en Caspar de Haan onderhoud & renovatie voormalig ontmoetingscentrum De Brink in Oss verbouwd tot vier extreem energiezuinige woningen onder de naam ‘de Groene Brink’. Kemkens is verantwoordelijk voor alle installaties inclusief het monitoringssysteem, Caspar de Haan voor alle bouwkundige voorzieningen. Een pilot met vier identieke Nul-op-de-Meter (NOM) woningen met vier verschillende typen warmtepompen en afgifte systemen. De woningen zijn vanaf 1 maart 2018 bewoond en worden zorgvuldig gemonitord qua installatie en energieverbruik. Er zijn nu over twee jaar resultaten bekend. Hierbij blijkt dat alle vier de woningen ruimschoots voldoen aan de criteria voor de Energie Prestatievergoeding. De zonnepanelen leveren meer op dan begroot en zijn mogelijk over gedimensioneerd. Dat geldt ook voor de warmtepompen. De prestaties worden ruimschoots gehaald. De bodemwarmtepomp met vloerverwarming scoort het beste en kan bovendien voorzien in de koelte behoefte in de zomer. Alle vier de woningen worden in de zomer te warm en in die periode kan de bewoner de binnentemperatuur bij de overige drie systemen (lucht-warmtepomp in combinatie met wel of geen buitenunit, vloer of H2O radiatoren) niet goed regelen. Desondanks is de waardering van de bewoners positief.
De ervaring van de bewoners speelt een belangrijke rol. Voor dit project heeft BrabantWonen huurders geselecteerd. Mensen die duurzaamheid belangrijk vinden en graag hun woon- en gebruikerservaringen willen delen. Hiermee willen BrabantWonen, Kemkens en Caspar de Haan hun duurzaamheidsambities verder ontwikkelen in de praktijk. Project de Groene Brink is een showcase / living lab voor deze partijen. In vervolgprojecten is de koelte behoefte van de woning belangrijker. Zo wordt standaard zonwering toegepast en gelet op ventilatie voorzieningen in de gevel.
‘We kunnen er niet omheen: de aarde warmt op. Een onderwerp waar veel over wordt gesproken en geschreven. Er is duidelijk iets aan de hand. Wij willen en gaan er echt iets aan doen! Wij willen de CO2-uitstoot drastisch verlagen.’, zo start Örjan zijn betoog.
Jaarlijks vervangen de Lente corporaties circa 5.000 individuele CV-(combi)ketels. Zij zijn op zoek naar een duurzame vervanger voor deze ketels. Een compacte oplossing met een minimaal 80% CO2-reductie ten opzichte van de huidige CV-(combi)ketel, minder of geen aardgasgebruik, betaalbaar en eenvoudig in gebruik. Om de transitie naar een aardgasvrije en CO2-neutrale woningvoorraad te kunnen maken, met een neutrale impact op de energielasten, zijn marktpartijen opgeroepen te komen met innovatieve installaties en mee te doen aan De Warmtesissel. Ook andere woningcorporaties hebben zich aangesloten om samen te zorgen voor toepassing van de nieuwe installaties en na prototyping te komen tot toepassing. Door deze samenwerking kunnen de marktpartijen, bij gebleken geschiktheid, volume maken wat de prijs omlaag drukt want uiteindelijk gaat het om betaalbare woonlasten.
Innovatie gaat tegenwoordig over toegang, niet over eigendom. Weten waar kennis, kunde en oplossingen te vinden zijn en daartoe toegang krijgen, is de eerste stap. Om nieuwe oplossingen goed te implementeren is het noodzakelijk dat de organisatie innovaties succesvol kan absorberen en integreren in het bedrijfsmodel. Implementatie van innovatie is wat de Warmtewissel doet. Onze gereedschapskist is gevuld met allerlei instrumenten.
‘Innovatie vraagt altijd om een gedragsverandering, soms ondersteund met technologie. Naast de reguliere diensten biedt de Warmtewissel specifieke programma’s die zich richten op de mensfactor in Open Innovatie. Wij helpen organisaties om Open Innovatie tot een bewezen en succesvolle manier van werken te maken, op maat voor de organisatie en partners’, aldus Örjan. Hij roept corporaties om zich aan te sluiten.
Marlou Boerbooms dankt namens Groene Huisvesters de sprekers. Zij dankt de deelnemers voor de zinvolle vragen via de chat. Het filmpje van de eerste proefwoning uitgevoerd in het kader de Warmtewissel wordt hier komende week gepubliceerd.
Een inspirerende online bijeenkomst met aandacht voor de Circulaire badkamer en keuken. Met 70 deelnemers was duidelijk dat er veel interesse is in de vernieuwende concepten vanuit de TU Delft en Intersell.Voor ieder die niet aanwezig kon zijn bij de sessie of een deel heeft gemist, een verslag.
De Circulaire Badkamer
In juli 2019 werd de eerste Circulaire badkamer opgeleverd door de Alliantie en Intersell. Jeroen Hollander en Hendrik Kemphorst namen de deelnemers mee in het proces en de toepasbaarheid van dit verfrissende concept.
De Alliantie is volop bezig met het verduurzamen haar woningen. Samen met partners werken ze aan slimme oplossingen om alle woningen CO2-neutraal vóór 2050 te krijgen. Een badkamer waarin duurzame keuzes leidend zijn zoals het kiezen voor refurbished of gerecyclede materialen.
Zo werd in het eerste concept gebruik gemaakt van tegels van 100% gerecyclede petflessen in plaats van keramiek, een vloer van 70% gerecycled Vinyl en refurbished sanitair. Intersell is voortdurend bezig met de ontwikkeling van haar concept. Tijdens het ontwerp van nieuwe concept gebruiken ze de BCI tool* om deze te optimaliseren. Ze richten zich op de renovatie en het onderhoud van badkamers met een gemiddelde levensduur van 30 jaar.
Klik op de afbeelding om de videopresentatie terug te kijken.
Hendrik drukte de deelnemers op het hart dat er momenteel nog geen 100% circulaire concepten op de markt zijn en dat de meetbaarheid hiervan ook nog volledig in ontwikkeling is. Ondertussen zijn er 3 concepten op de markt en het is vooral belangrijk dat de losmaakbaarheid van materialen goed georganiseerd is. Dit zorgt ervoor dat vervanging en vernieuwing makkelijk realiseerbaar zijn en de leverancier producten terug kan innemen en kan hergebruiken. Op dit moment is de aanvoer van materialen voor hergebruik nog niet voldoende. Jeroen Hollander voegde hier aan toe dat het voor woningcorporaties van belang is om vraag naar refurbished en gerecyclede materialen te creëren zodat de markt hierop kan inspelen.
De Circulaire Keuken
Bas Jansen en Vincent Gruis, TU Delft namen ons mee in de Circulaire Keuken. Voor de ontwikkeling is een consortium gevormd waarin modulaire plug & play keukens worden ontworpen die een kleine impact op het milieu hebben en laag in kosten zijn.Om de levensduur te maximaliseren wordt er onderscheid gemaakt in 3 factoren die een lange, middellange of korte levensduur hebben. Zo zal de afwerking die onderhevig is aan mode en stijl een kortere levensduur hebben dan het frame. De keukens zijn modulair en kunnen naar gelang de gezinssamenstelling van bewoners hier om vraagt worden uitgebreid of worden ingeperkt. Ook zijn de keukens in hoogte verstelbaar om comfort en ergonomisch effect per bewoner zo gunstig mogelijk te maken. Er wordt gewerkt met kliksystemen in plaats van verlijmen waardoor reparaties en vervangingen makkelijker zijn.Inname van keukenonderdelen heeft een centrale plek in het businessmodel zodat waar mogelijk hergebruik kan worden ingezet. De keukens worden ingericht met het idee een levensduur van 80 jaar te hebben- Na 20 jaar vindt het omslagpunt plaats op het prijsniveau.
De Circulaire keukens worden deze week in de eerste huizen geplaatst. Gebruikers zullen middels interviews kennis delen in het gebruiksgemak. Mocht u geïnteresseerd zijn de lancering van het tweede prototype live bij te wonen dan kunt u op 4 november aansluiten bij het online event.
Tot slot de uitnodiging voor ieder die hierin geïnteresseerd is om deel te nemen aan de sessie circulariteit Online via TU Delft op 6 en 19 november.
In 2021 zal Circulariteit tijdens de sessies van de Groene Huisvesters centraal staan, we zien u graag terug tijdens een van onze volgende bijeenkomsten.
Marlou Boerbooms dankt Jeroen Hollander – de Alliantie en Hendrik Kemphorst – Intersell voor hun informatie over de circulaire badkamer, Vincent Gruis en Bas Jansen van TU Delft voor hun enthousiasmerende verhaal over de circulaire keuken.
Op 24 juni ontvingen we een groep deelnemers op het blauwgroene dak op het Marineterrein in Amsterdam. Op deze hitte dag was het één feest op het Marineterrein. Al die Amsterdammers die zwemmen in de haven en genoten van de koelte onder de bomen. Tussen het Scheepvaartmuseum, NEMO en de haven bogen wij ons over een serieus onderwerp: blauwgroene daken. De hitte van deze dag toont het belang aan voor het vinden van oplossingen om hittestress te verminderen. De rondleiding over het slimme blauwgroene dak Smartroof 2.0 door stadsecoloog Geert Timmermans was inspirerend. Bloeiende bloemen en klavers, insecten en vlinders en een indrukwekkend uitzicht. Uit metingen naar verschillende blauwgroene daken bleek dat hoe meer water vastgehouden wordt des te rijker de beplanting. Kasper Spaan (Waternet) liet op het terrein de hippe regenton zien, die als een nieuwe dorpspomp of gesprekstotem in de buurt fungeert. Ook het onderzoek naar verschillende kunstgrassen op zand met waterdoorlatende systemen en de resultaten van de meetprogramma’s zijn interessant. Maar voordat we naar het buiten gingen, hoorden we alles over blauwgroene daken.
Marlou Boerbooms (Groene Huisvesters) startte de bijeenkomst met een voorstelrondje. Vanuit Zwolle, Rotterdam, Den Haag, Zaanstad, Hardingxveld, Brabant en Zeeland en natuurlijk Amsterdam zijn corporaties aanwezig, Ook zijn BNA, Aedes, Waternet, de gemeente Amsterdam en Amsterdam Rainproof erbij.
Heerlijk om weer samen te kunnen komen!
Marianne Kootwijk (Ymere) en Tom Bergevoet (temp architecture) gingen in op de BNA – Stad x Klimaat studie Het gebouw als watermachine. Het boek gaat in op oplossingen om bestaande corporatiewoningen een nieuwe levenscyclus te geven, inspelend op het veranderende klimaat. Dit in combinatie een groenere leefomgeving dankzij het opvangen van water. Een van de voorbeelden betreft portiek etage woningen van Ymere. Deze liggen in een gebied waar wateroverlast door extreme buien voorkomt. Eén van de denkrichtingen in deze studie is het optoppen van gebouwen door een extra woonlaag op het dak toe te voegen. Alle appartementen zijn in de nieuwe situatie toegankelijk via een lift en nieuwe galerijen ontsluiten de woningen. De voormalige portieken bieden ruimte aan beplanting. Dankzij een blauwgroen dak wordt regenwater opgevangen daar waar het valt. Het dak draagt bij aan het verkoelen van de bovenste woonlaag. Na afloop ontving iedereen het boek met daarin alle uitkomsten van de studie.
De Bouwsteen Corporaties en Klimaatadaptatie: Blauwgroene daken vind je hier.
Kasper Spaan (Waternet) ging in op Blauwgroene Daken in Amsterdam en de samenwerking met de corporaties. De gemeente Amsterdam werkt aan een verordening waarin staat vastgelegd dat bij nieuwbouw een bui van 60 mm die valt binnen een uur opgevangen moet worden op de eigen kavel. Blauwgroene daken zijn hiervoor een logische oplossing. Naast nieuwbouw, ligt de grote opgave in de bestaande bouw. Het opvangen van hoosbuien op de eigen kavel is een uitdaging. Naast Ymere en De Alliantie, werken ook de Key, Eigen Haard. Stadgenoot en Rochdale samen met Waternet aan deze opgave. Niet alle corporaties doen mee aan het Europees project. Met sommigen zijn er concrete regenton- en tuinacties. Door samen te werken aan blauwgroene daken, wordt straks 10.000 m2 dak aangestuurd door een slim waterbeheer systeem. Dit draagt bij aan minder hitte, droogte en aan de opvang van extreme buien. Kasper: ‘Zonder water geen groen en zonder groen geen leefbare stad. Door water te benutten daar waar het valt, kunnen we onze leefomgeving beter maken.’
Daniel Goedbloed (Amsterdam Rainproof) presenteerde het ontstaan van Amsterdam Rainproof vanuit Waternet. Door samenwerking met alle partners is in de stad, maar ook daarbuiten, een bewustzijn gecreëerd dat wateroverlast vaker voorkomt. De samenwerking levert mooie resultaten op. Zo kon een hovenier in Corona-tijd zijn planten niet verkopen op de internationale markt. Om te voorkomen dat deze planten vernietigd worden, heeft hij contact gezocht met Amsterdam Rainproof. Zij organiseerde met medewerkers van de gemeente, Samen Klimaatbestendig en Ymere een actie ‘Tegels eruit, plantjes erin’ onder huurders. Amsterdam bood een tegel service en voert gratis tegels af, Ymere, Samen Klimaatbestendig en vrijwilligers bezorgden bij alle huurders in een wijk in Amsterdam-Noord een plantje om de actie onder de aandacht te brengen.
Thomas van der Vlis (De Alliantie) ging in op de ervaring met blauwgroene daken. Dankzij een bijdrage vanuit een Europees project RESILIO is er geld beschikbaar voor de Amsterdamse corporaties om 8.000 m2 blauwgroen dak aan te leggen. Voor particuliere daken of VVE’s is er budget voor 2.000 m2. Via een slim systeem wordt het water beheerd. De cofinanciering die De Alliantie bijdraagt, is 20%. Thomas: ‘Wij zien het als onze maatschappelijke taak om mee te helpen zoeken naar oplossingen om extremer weer op te vangen. Wij leren veel van dit project. De kosten en baten worden nu in beeld gebracht. De sleutel is echt een integrale “samenwerking” waarbij iedereen zijn steentje bijdraagt. Omschrijf de noodzaak en doe een appel op de maatschappelijke verantwoordelijkheid. Verduurzamen doen we voor het milieu, klimaatadaptieve maatregelen nemen we voor de mensen. Dat ligt veel dichter bij de belangen van een woningcorporatie, maar we kunnen dat echt niet alleen. De gemeente, in samenwerking met Waternet, kan risicogebieden in beeld brengen zodat de corporatie daarop kan anticiperen. De corporatie kan haar huurders informeren over hoe om te gaan met hittestress, zoals het sluiten van de gordijnen overdag. De gemeente is weer verantwoordelijk voor de openbare ruimte rondom de woningen. Samen optrekken en naar oplossing zoeken is het devies.’
Elisabeth ter Borgt (bestuurder Fienwonen) gaf aan dat haar corporatie vele jaren geleden sedumdaken aan heeft gebracht. De onderhoudskosten zijn lager dan van daken met reguliere dakbedekking. De resultaten van het RESILIO project worden volgend jaar verwacht. De deelnemers kijken daarnaar uit en hopelijk laten deze een mooie business case zien voor blauwgroene daken.
De stadsecoloog Geert Timmermans legt het belang uit van biodiversiteit op daken.
Op 10 juni organiseerde Groene Huisvesters de digitale sessie ‘Duurzame wijk’. In Culemborg is de ecologische wijk Eva-Lanxmeer. Deze wijk uit 2009 telt 200 woningen waarvan een kwart huurwoningen van KleurrijkWonen. De bewoners, huurders en eigenaar-bewoners delen auto’s, hebben een gemeenschappelijke tuin en creëren een groene leefomgeving. De woningen zijn bijzonder goed geïsoleerd. Samen met de bewoners is een warmtetransitieplan gemaakt om de wijk aardgasvrij te maken. Thermo Bello, het wijkenergiebedrijf is in eigendom van de bewoners, voorziet de woningen van warmte via een lokaal warmtenet. Een aantal woningen gebruiken voor warmtapwater nog gas en daarvoor worden nu alternatieve oplossingen gezocht.
Dit voorbeeld waarbij eigenaar-bewoners en huurders samenwerken, inspireerde KleurrijkWonen en de gemeente Culemborg om aan de slag te gaan met wijk Voorkoop. Deze wijk telt 1300 eengezinswoningen uit de jaren 80. Het is een zogenaamde ‘bloemkool’-wijk met woonerven die groepjes woningen ontsluiten. De wijkopbouw is ‘gespikkeld’ dwz dat huurders en kopers door elkaa wonenr. Sommige kopers hebben als voormalige huurders de huurwoning gekocht. De meeste bewoners hebben geen grote financiële buffer om te investeren in het aardgasvrij maken van de woning.
Het participatieproces om samen met de bewoners tot een Warmte-Transitie-Visie voor de hele wijk te komen is vorig jaar opgestart. Parallel daaraan is samen met de bewoners een aanvraag in het kader van de regeling Programma Aardgasvrije Wijken uitgewerkt en ingediend. Deze aanvraag is gebaseerd op het concept van de buurtwarmtepomp waarbij 100% duurzaam opgewekte Hoge-Temperatuur-warmte wordt geleverd door middel van een coöperatief warmtenet (het z,g, Deense model).
Bij het concept met de buurtwarmtepomp wordt het aardgasvrij maken losgekoppeld van de reductie van de warmtevraag. Er wordt dus uitgegaan van een ongewijzigde warmtevraag en zeer beperkte aanpassing van de technische installaties. Er zijn dus geen isolatiemaatregelen nodig om de woningen aardgasvrij te maken. Echter dit is geen pleidooi om niet te hoeven isoleren! Maar door deze loskoppeling kan uitgegaan worden van een andere fasering. Eerst het aardgasvrij maken van de woning en daarna op een natuurlijk en zelf gekozen moment, zoals bij mutatie, de warmtevraag en daarmee de energierekening reduceren. Deze andere fasering zorgt voor een hele andere stemming en sfeer tijdens bewonersavonden. De weerstand tegen de energietransitie neemt af en het aardgasvrij maken van woonwijken met 100% draagvlak wordt realistisch.
De link naar het filmpje De buurtwarmtepomp vind je hier.
Belangrijker dan de techniek is de vrije keuze die de bewoner heeft om aan sluiten op de buurtwarmtepomp. Inzet is dat de woonlasten gelijkblijven. Eigenaar-bewoners moeten echter wel investeren in de aansluiting op een buurtwarmtepomp. Tijdens de eerst bewonersavond vroeg een van de eigenaren naar het bedrag dat hiervoor nodig was. Dit was nog onbekend waarop bewoners afhaakten. Niek Habraken, KleurrijkWonen: ‘Onze leerles is om vooraf het huiswerk te doen. Wij hebben becijferd dat de aansluiting €15.000,- per woning wordt. De energielasten blijven gelijk. Via de aanvraag als proefproject proberen wij de investering voor eigenaren te beperken. Onze tweede leerles is om de ervaring uit eerdere gesprekken te benutten voor het verbeteren van het overleg. Doordat we per woonerf een klein groepje bewoners spreken, hebben we nu na 15 van dit soort bijeenkomsten een echte goede aanpak ontwikkeld. Het is belangrijk te luisteren en samen te werken met de eigenaar-bewoners. De afweging als corporatie wordt daardoor ook scherper. Het ontzorgen van de bewoners is belangrijk. Omdat de buurtwarmtepomp eigendom wordt van de wijk, is eigenaarschap ook bij bewoners nodig. Dat lukt alleen als je daarover samen het gesprek aangaat’.
Foto Paddepoel Energiek, De bouwsteen Prestatieafspraak: Aardgasvrije wijkaanpak vind je hier.
De corporaties die deelnamen aan het digitale spreekuur zijn allen bezig een met aardgasvrije wijkaanpak. Zij waarderen de kleinschalige oplossing met een buurtwarmtepomp voor en door bewoners. Een lokale duurzame bron spreekt aan. In een wijk met eengezinswoningen is het vinden van betaalbare oplossingen een uitdaging. Marlou Boerbooms dankt Niek Habraken voor het delen van dit voorbeeld.